Deel dit bericht

Je ademhaling heeft invloed op hoe je je voelt

Wanneer je wandelt, is je ademhaling anders dan wanneer je rent. Hij is anders wanneer je je gehaast voelt dan wanneer je kalm bent. Anders wanneer je gespannen bent dan bij ontspanning. En anders bij depressieve gevoelens dan bij blije. Hij is anders wanneer je gegeten hebt en zelfs afhankelijk van wat je hebt gegeten of gedronken. Maar het werkt twee kanten op. Als je je adem verandert, veranderen ook de fysiologische en biochemische processen in je lichaam. Een aanpassing van je adem heeft direct invloed op hoe je je voelt (mentaal en emotioneel). Met bewust ademen heb je invloed op je staat van zijn op het moment zelf en op de lange termijn tijdens het onbewust ademen. Adem je bijvoorbeeld langzaam en laag in je buik (en door de neus), dan word je vanzelf ontspannen. Maar dat niet alleen: door de activatie van het parasympathisch zenuwstelsel draag je zorg voor lichamelijke functies op de lange termijn. Denk aan een goede spijsvertering, een gezond immuunsysteem en herstel van schade aan lichaamscellen die je dagelijks oploopt. Iedereen kan leren om functioneler te ademen. En voor mensen met bijvoorbeeld (onbewust) chronische stress is meer bewustzijn op hun adempatroon van essentieel belang om meer regie te krijgen over het zenuwstelsel.

Ontwikkelingstrauma zenuwstelsel

Minstens 6 op de 10 mensen ondervindt dagelijks de gevolgen van een (ontwikkelings)trauma van het zenuwstelsel. Je zenuwstelsel reageert op veilige en onveilige situaties. Onveilige situaties activeren het sympathisch zenuwstelsel, aangestuurd door ons oerbrein, om te ‘vechten’ of ‘vluchten’. Bij kinderen onder de vijf jaar is de zenuwtak die stress kan reguleren nog niet ontwikkeld. Als het kind stress heeft en/of zich onveilig voelt, dan heeft het de liefdevolle aandacht van de moeder (of andere primaire verzorger) nodig om te reguleren. Zo ontwikkelt het kind het vermogen om stress op een gezonde manier te reguleren. Als de moeder of andere primaire verzorger structureel (emotioneel) niet aanwezig is, of situaties structureel onveilig voelen voor een kind, ontwikkelt het kind dit vermogen niet of in mindere mate. In onveilige of stressvolle situaties kan het kind dan niet goed met stress omgaan of ‘bevriest’. Om toch met deze situaties om te kunnen gaan ontstaan er adaptatie- en overlevingsmechanismen. Dit scheef gegroeide zenuwstelsel zal op latere leeftijd zorgen voor (onbewuste) spanning, niet je natuurlijke zelf kunnen zijn en een leven dat veel energie kost. Doorgaans zal dit leiden tot fysieke, mentale en emotionele klachten. Overigens kunnen andere vormen van trauma op latere leeftijd (zoals pesten, ongeluk, ziektes of verlies) tot soortgelijke klachten leiden.

Het goede nieuws is dat het zenuwstelsel zich kan aanpassen, onder andere door ademwerk. Met ademtechnieken ben je in staat de zenuwtak die stress reguleert te activeren en zo meer regulatievermogen te ontwikkelen.

Je adem leren kennen en meer regie krijgen over jouw lichaamsprocessen draagt bij aan een goede gezondheid. Ben je nieuwsgierig of ademwerk ook jou kan helpen, zoek dan een goede ademcoach.

Tekst door Guido Krijger, natuur- en ademcoach en -therapeut